In memoriam – Nico Frijda (1927 – 2015)

unnamed

Nico H. Frijda (1927-2015)

Na vele actieve jaren als onderzoeker, mentor, en onderwijzer is Nico Frijda op 87-jarige leeftijd overleden. Nico Frijda was een van de beroemdste en meest geciteerde psychologen van Nederland en voor veel onderzoekers, zowel binnen als buiten de psychologie, een belangrijke inspiratiebron. Hij studeerde aan de afdeling Psychologie van de Universiteit van Amsterdam, waar hij ook promoveerde in 1956 op het proefschrift getiteld: Het begrijpen van gelaatsexpressies. Van 1965 tot 1992 was hij hoogleraar aan de UvA en was daarna nog 10 jaar lang bijzonder hoogleraar Emotietheorie, namens de stichting CERE (Consortium for European Research on Emotion).

Nico Frijda was een van de oprichters van de Nederlandse Vereniging voor Psychonomie. Op 23 oktober 2014 ontving hij van deze Vereniging de Erepenning voor zijn rol als inspirator en zijn bijdrage aan de Psychonomie in Nederland. Deze werd hem uitgereikt op een speciaal rondom hem georganiseerd symposium over Hot Cognition; de laudatio uitgesproken door Richard Ridderinkhof kunt u hier nalezen. Nico’s lezing op dit symposium zou zijn laatste publieke optreden blijken te zijn.

Nico Frijda was grondlegger van het emotieonderzoek en heeft een belangrijke functie gespeeld in de (inter)nationale ontwikkeling van dit vakgebied. Zijn boek The Emotions (1986) wordt door velen binnen en buiten het vakgebied beschouwd als een origineel en invloedrijk standaardwerk over emoties. Niet alleen via zijn eigen publicaties, maar ook door een initiërende rol te vervullen in het bijeen brengen van emotie-onderzoekers, zoals in het Instituut voor Emotie en Motivatie aan de UvA, en de International Society for Research on Emotions (ISRE). In 1986 stichtte hij een consortium waarin emotieonderzoekers uit de belangrijke emotielabs uit Europa verenigd waren.

Voor Nico Frijda was een emotie meer dan een fysiologische respons. Een van zijn belangrijke en originele stellingnames is dat emoties een verandering in actiebereidheid zijn. Het ging er volgens hem niet zo zeer om wat mensen voelen als een soort innerlijke mentale toestand, maar wat ze geneigd zijn te doen in reactie op een gebeurtenis of een persoon. Terwijl zijn belangstelling zich in eerste instantie concentreerde op gelaatsexpressies, werd deze gaandeweg breder en leidde tot publicaties over emotieregulatie en emotie-intensiteit, uitmondend in essays over de menselijke natuur (bv. The Laws of Emotion, 2006; Not Passions’s Slave, 2010).

Nico heeft ontelbare lezingen gegeven en wist zijn publiek altijd buitengewoon te boeien, niet alleen inhoudelijk maar ook door de onvergetelijke persoonlijke stijl, die bij een ieder voor altijd op het netvlies en trommelvlies gegraveerd zal staan. Nog tot op het laatst was Nico wetenschappelijk actief, samen met voormalig studenten, met vernieuwende en inspirerende bijdragen aan congressen en vaktijdschriften. Wij zullen hem enorm missen. Maar de herinneringen aan zijn inspirerende en markante persoonlijkheid zal blijven.